Slechts 43% van vergunde woningen is momenteel in aanbouw

Insights 25 mrt 2025

In het vierde kwartaal van 2024 bereikte de pijplijn van vergunde woningen in Nederland een totaal van 200.899 woningen. Hiervan zijn momenteel slechts 85.633 woningen in aanbouw, een percentage van 43% (bron: CBS). Hoewel het aantal woningen in de pijplijn gestaag toeneemt, loopt het aandeel woningen dat daadwerkelijk in aanbouw is genomen nauwelijks op. Bovendien is het aantal afgegeven bouwvergunningen nog steeds ruim onvoldoende. De cijfers over de maand januari zijn in 11 jaar nog niet zo laag geweest als in januari 2025. Naast een toename van de bouwvergunningen moet er meer aandacht komen om de start van de bouw van vergunde woningen zeker te stellen, aldus Capital Value, die een analyse uitvoerde naar de bouwvergunningen en de start bouw van reeds vergunde woningen. Belangrijke knelpunten bij de realisatie van vergunde woningen zijn lange bezwaarprocedures, netcongestie, gestapelde regelgeving en fiscale druk.

Totale pijplijn nieuwbouwwoningen overschrijdt 200.000 per einde 2024

Hoewel de aantallen woningen die gebouwd worden oplopen, lag het aandeel in aanbouw zijnde woningen in het verleden vaak hoger dan de huidige 43%. In 2023 lag dit aandeel kortstondig op 47%, en ook in de jaren 2019 en 2020 lag dit aandeel gemiddeld op 47%. Momenteel ondervinden ontwikkelaars dus meer knelpunten bij het starten met bouwen van een vergunde woning dan in voorgaande jaren. Bekende geluiden hiervan zijn (lange) bezwaarprocedures, steeds urgenter wordende netcongestie, gestapelde regelgeving en fiscale druk.

Meer aandacht voor start bouw reeds vergunde woningen

Om een grotere nieuwbouwproductie tot stand te brengen, is naast een toename van de bouwvergunningen ook meer aandacht nodig voor de realisatie van reeds vergunde woningen.  Er wordt kostbare tijd verloren door langlopende bezwaarprocedures. Het wetsvoorstel Versterking Regie Volkshuisvesting pakt dit probleem (deels) aan en het is daarom belangrijk dat dit voorstel snel wordt aangenomen. Daarnaast moet de Rijksoverheid concrete stappen ondernemen om netcongestie, stapeling van lokale en landelijke regelgeving en fiscale druk voor woningbeleggers te verminderen. Juist in combinatie met de stijgende bouwkosten wordt het risico op stagnerende nieuwbouwproductie alleen maar groter.

Aantal bouwvergunningen over de maand januari op laagste niveau in elf jaar tijd

Naast het lage aandeel van in aanbouw genomen woningen lag het aantal afgegeven vergunningen in januari 2025 zorgelijk laag. Er werden in januari 3.059 nieuwbouwwoningen vergund, een aantal dat zelfs voor de vaak zwakkere maand januari laag is. In de afgelopen jaren lag het aantal vergunningen dat in januari en augustus werd afgegeven altijd lager dan het jaarlijks gemiddelde, maar het aantal afgegeven vergunningen in januari was in 11 jaar niet zo laag als in 2025. Het is nog te vroeg om voorspellingen over heel 2025 te doen, maar duidelijk is wel dat de beoogde groei van het aantal vergunningen uitblijft. Wanneer de laatste 12 maanden aan vergunningen worden opgeteld komt dat totaal op 67.200. Dit zijn er net iets minder dan over heel 2024, omdat ook de maand januari van 2024 geen grote aantallen vergunningen kende (3.231). Op jaarbasis zijn er nog zeker 5.000 extra vergunningen nodig, gecombineerd met ruim 20.000 woningen vanuit overige toevoegingen, om de veelbesproken 100.000 nieuwe woningen per jaar te halen.

 

Thijs Konijnendijk, Director Research & Data Intelligence: “Het is zorgelijk dat het nog steeds niet lukt om het aantal bouwvergunningen op het gewenste niveau te krijgen. Daarnaast blijkt uit de cijfers dat de realisatie van reeds vergunde woningen onvoldoende aandacht krijgt. Hier ligt enorm veel potentie om het woningtekort verder terug te dringen. Nederlandse institutionele beleggers hebben voor de komende jaren voldoende kapitaal beschikbaar om 40.000 huurwoningen te realiseren, maar dan moeten de projecten er wel zijn en haalbaar kunnen worden gemaakt. Daarin spelen knelpunten zoals bezwaarprocedures en fiscale druk een belangrijke rol.  We roepen de overheid nogmaals op om hier snel iets aan te doen”.

Thijs Konijnendijk Head of Research data intelligence
Heeft u interesse in meer data over de woning- of zorgvastgoedmarkt?

Neem direct contact op met Thijs Konijnendijk, Head of Research & Data Intelligence of bekijk ons dataplatform.